Later in je klas evalueer je vaak met de kinderen over het product dat gemaakt is of over het proces . Het is zeer belangrijk als juf, dat je weet hoe een kind zich voelt bij een bepaalde opdracht. Daarom maken wij nu gebruik van de evaluatiekoffer. Het is een koffer waarin allerlei muzische aspecten verworven zijn. De kinderen hoeven nu niet alleen een groen en rood kaartje in de lucht te stoppen wanneer de juf vraagt " Hoe vond je deze opdracht?".
Maar kunnen nu op een muzische manier evalueren a.d.h.v. originele, leuke methoden.
Ik stel je ze even voor..
Een pluim, een compliment
Elk
kind krijgt een pluim van de juf. Ze geven deze pluim aan een medeleerling en
vertellen waarom ze de pluim aan die medeleerling hebben gegeven.
Als
juf is het belangrijk om de kinderen te stimuleren, complimentjes te geven,
dingen/zaken van andere te waarderen.
Doelgroep : alle graden.
Ervaring : De leerlingen namen deel aan een Herfstquiz.
Elk team bestond uit twee leerlingen.
Na de Herfstquiz stelde ik de volgende vraag : Wie was volgens jou het flinkste team?
Wie volgens jou het flinkste team was, krijgt een pluim. Deze pluim is een complimentje dat je geeft aan het 'flinkste team'.
Dit hoeft daarvoor niet het 'beste' team te zijn. Het is een team dat heel flink, rustig heeft gewerkt.
Elk team kreeg dus een pluim en gaf dit aan het aan een team dat volgens hun het 'flinkste' was.
Deze evaluatie verliep zeer vlot en de kinderen vonden dit ook zeer fijn.
Er traden geen problemen op van jaloezie of negatieve opmerkingen.
Ervaring : De leerlingen namen deel aan een Herfstquiz.
Elk team bestond uit twee leerlingen.
Na de Herfstquiz stelde ik de volgende vraag : Wie was volgens jou het flinkste team?
Wie volgens jou het flinkste team was, krijgt een pluim. Deze pluim is een complimentje dat je geeft aan het 'flinkste team'.
Dit hoeft daarvoor niet het 'beste' team te zijn. Het is een team dat heel flink, rustig heeft gewerkt.
Elk team kreeg dus een pluim en gaf dit aan het aan een team dat volgens hun het 'flinkste' was.
Deze evaluatie verliep zeer vlot en de kinderen vonden dit ook zeer fijn.
Er traden geen problemen op van jaloezie of negatieve opmerkingen.
Wat een mooie kralen ketting!
Elk
kind krijgt een kralenketting. Een kralenketting met verschillende kralen aan.
Ze verschillen in grootte, kleur en vorm. De kinderen kiezen één kraal uit die
men kan koppelen aan hun proces, product of beleving van de opdracht.
Hierbij
is het verwoorden van de gekozen kraal zeer belangrijk.
Doelgroep : 1ste en 2de
graad.
Differentiatie : In de 2de graad
kan men de kraal koppelen aan het werk van een medeleerling.
De woordenwaaier.
Elk
kind kiest een woord uit de woordenwaaier en verwoord hierbij waarom hij/zij
dat woord hebben gekozen. Dit kan zijn om het proces, product of beleving.
Doelgroep : 2de en 3de
graad.
De 'Ouh' en ' Jippie' stokjes .
Elk
kind krijgt een ‘ouh’ en ‘jippie’ stokje.
De
lkr. stelt enkele vragen over het proces, product en de beleving van de
opdracht.
Wanneer
de leerlingen het product, proces, beleving leuk vonden, graag uitvoerden =
‘jippie’ stokje in de lucht.
Wanneer
de leerlingen het product, proces, beleving minder leuk vonden, zich er niet
goed bij voelden = ‘ouh’ stokje in de lucht.
Verwoording is hier ook belangrijk!
Doelgroep : alle graden.
Ervaring : De leerlingen ervaren deze methode als 'niet zo moeilijk en toch leuk'. Ik stelde al leerkracht een aantal vragen en de leerlingen staken dan een 'ouh' of 'jippie' stokje omhoog.
Als leerkracht had ik een duidelijk overzicht over de evaluatie.
Hoe de leerlingen zich voelden tijdens de activiteit, wat ze ervan vonden,... .
Geslaagde evaluatie.
Als leerkracht had ik een duidelijk overzicht over de evaluatie.
Hoe de leerlingen zich voelden tijdens de activiteit, wat ze ervan vonden,... .
Geslaagde evaluatie.
Grote wasjes, kleine wasjes.
Er
hangt een waslijn aan het bord. Elke leerling krijgt een vuil wasje en een
proper wasje. Dit kan zijn : T-shirt, broek, rok of een paar sokken.
Bijvoorbeeld
: een kind neemt een vuile broek en een proper paar sokken. Hij/zij schrijft op het propere wasje iets positief.
Hij/zij schrijft op het vuile wasje iets negatief.
Deze
gevoelens kunnen zijn het proces, product of de beleving.
Verwoording
is zeer belangrijk!
Pizza
Elk
kind krijgt een stuk pizza en een aantal ingrediënten voor de evaluatiepizza.
Ze
kleven de gepaste ingrediënten op de pizza.
Tomaat
: Saai
Olijven
: Origineel
Ananas
: Vervelend
Pepers
: Superleuk
Kaas :
Actief
Wat
het meeste dat op de pizza ligt = gevoel dat ze bij het product, proces en de
beleving hebben.
Verwoording
is zeer belangrijk!
Doelgroep : 1ste en 2de
graad.
- Ontwerp : Shauni Van Ransbeeck
De boom vol gevoelsblaadjes.
Er
staat een boom vooraan in de klas. Elk kind krijgt een blaadje van de boom. Ze
noteren hierop hun gevoelens over het proces, product en de beleving van de
opdracht. Nadien worden alle bladeren aan de boom gehangen en worden deze
besproken.
Doelgroep : alle graden.
Differentiatie : In de 3de graad
kan het blad een bepaald kleur krijgen. Deze kleur geeft hun gevoel ‘extra’
weer.
Verwoording
is zeer belangrijk!
Dit neem ik mee, dit gooi ik weg.
Er
staan twee dozen vooraan in de klas. Op de ene doos staat er een reiskoffer op,
op de andere doos staat er een vuilnisbak op.
De
kinderen krijgen een blaadje/post –it en schrijven hierop hun ervaringen over
het proces, product en/of beleving van de opdracht. Dit kunnen ervaringen zijn
die hij/zij wil bijhouden ( deze worden in de reiskoffer gestopt) of kunnen
ervaringen zijn die hij/zij het liefst kwijt wil, niet wil onthouden ( deze
worden in de vuilnisbak gestopt).
Verwoording
is zeer belangrijk!
Doelgroep : 1ste en 2de
graad.
De microfoon.
De microfoon wordt doorgegeven in de klas. De leerlingen die iets willen vertellen over hun ervaringen, het proces, hun product, hun beleving van de opdracht verwoorden dit in de microfoon.
Doelgroep : alle graden.
Ervaring : Ik heb deze evaluatiemethode gebruikt na een les over het schimmenspel. De leerlingen draagden een schimmenspel voor. Nadien vertelden ze in de microfoon hun ervaringen met het schimmenspel, wat ze ervan vonden ( zowel positief als negatief).
De leerlingen waren zeer enthousiast omdat ze dit door een 'microfoon' konden vertellen, hierbij gebeurt de evaluatie 'onbewust'. De leerlingen hadden niet het gevoel van evalueren.
Ervaring : Ik heb deze evaluatiemethode gebruikt na een les over het schimmenspel. De leerlingen draagden een schimmenspel voor. Nadien vertelden ze in de microfoon hun ervaringen met het schimmenspel, wat ze ervan vonden ( zowel positief als negatief).
De leerlingen waren zeer enthousiast omdat ze dit door een 'microfoon' konden vertellen, hierbij gebeurt de evaluatie 'onbewust'. De leerlingen hadden niet het gevoel van evalueren.
Enkele voorbeelden :
- Ik vond het schimmenspel zeer leuk.
- Ik vond de opdracht in het begin niet zo gemakkelijk, maar na een paar keer oefenen en overleggen met mijn mede- klasgenoten begreep ik de opdracht wel en vond ik ze tof.
- Iedereen heeft een leuk schimmenspel gemaakt.
- .....
Hoe voelde ik mij? - Evaluatie CD.
De juf
laat enkele liedjes horen op de CD. De kinderen vertellen nadien welk liedje
het beste bij hun gevoel past.
Bijvoorbeeld
: Een leerling vond de opdracht te rustig, niet zo leuk, dan gaat hij/zij
kiezen voor een traag, rustig lied.
Verwoording
is zeer belangrijk!
Doelgroep : Alle graden.
Knip, knip, uit het tijdschrift.
Elk
kind kiest een tijdschrift. Uit dit tijdschrift knippen ze gezichten die het
beste bij hun gevoelens passen.
Iemand
die zich droevig voelde tijdens het proces, gaat een droevig gezicht zoeken.
Iemand die het heel leuk vond, gaat een vrolijk gezicht zoeken.
Verwoording
is zeer belangrijk!
Doelgroep : 1ste en 2de
graad.
Wasknijpers
Elk
kind krijgt een wasknijper. Ze hangen hun wasknijper aan de gepaste smiley.
Zo
krijg je als juf een algemeen beeld over de klas. Hoe ze de opdracht vonden en
hoe ze er zich bij voelden.
Verwoording
is zeer belangrijk!
Doelgroep : Alle graden.
Ervaring : Deze evaluatiemethode paste ik toe na een muzo les : Pietasso.
Ik hing de vier smiley's aan bord en gaf elke leerling een wasknijper. Nadien stelde ik de volgende vragen :
- Wat vond je van de opdracht? Hoe heb jij deze opdracht ervaren?
De leerlingen hingen een wasknijper bij de gepaste smiley.
Stom- niet leuk = 0
Heel leuk = 19
Soms leuk, soms niet zo leuk = 3 ( Sommige leerlingen vonden het moeilijk om zelf een Zwarte Piet te tekenen)
Ik weet het niet zo goed = 1
( Zie foto : groei, stageles - december 2014)
Ervaring : Deze evaluatiemethode paste ik toe na een muzo les : Pietasso.
Ik hing de vier smiley's aan bord en gaf elke leerling een wasknijper. Nadien stelde ik de volgende vragen :
- Wat vond je van de opdracht? Hoe heb jij deze opdracht ervaren?
De leerlingen hingen een wasknijper bij de gepaste smiley.
Stom- niet leuk = 0
Heel leuk = 19
Soms leuk, soms niet zo leuk = 3 ( Sommige leerlingen vonden het moeilijk om zelf een Zwarte Piet te tekenen)
Ik weet het niet zo goed = 1
( Zie foto : groei, stageles - december 2014)
- Ontwerp: Shauni Van Ransbeeck
Applausmeter
Het product/het proces van een activiteit wordt beoordeeld a.d.h.v. de applausmeter.
Elk kind geeft individueel zijn eigen applaus, voor zijn/haar eigen product/proces.
Wanneer het een groot applaus is, dan zal de meter hoog staan en vond de leerling het super!
Wanneer het een middelmatig applaus is, dan zal de meter ongeveer in het midden staan en vond de leerling het product/proces tof, maar kon op sommige vlakken beter.
Wanneer het een stil applaus is, dan zal de meter ongeveer onderaan staan en vond de leerling het product/proces niet leuk, stom.
Elk kind geeft individueel zijn eigen applaus, voor zijn/haar eigen product/proces.
Wanneer het een groot applaus is, dan zal de meter hoog staan en vond de leerling het super!
Wanneer het een middelmatig applaus is, dan zal de meter ongeveer in het midden staan en vond de leerling het product/proces tof, maar kon op sommige vlakken beter.
Wanneer het een stil applaus is, dan zal de meter ongeveer onderaan staan en vond de leerling het product/proces niet leuk, stom.
Doelgroep : Alle graden
De vlieger
Elke leerling schrijft op een blad papier zijn/haar
mening over de activiteit. Daarna plooien de leerlingen een vlieger met een blad
( onder begeleiding van de leerkracht) en gooien deze nadien weg in de klas. Elke
leerling zoekt een vlieger en leest wat er op het blad staat.
Ben je het eens of oneens? Vertel het! Verwoording is zeer belangrijk!
Doelgroep : Alle graden.
Differentiatie
in derde graad
: een kleur geven aan de vlieger.
Bronnen :
1. Methoden : Evalueren - speelplein
- Knip, knip, uit het tijdschrift
- Grote wasjes, kleine wasjes
- Dit neem ik mee, dit gooi ik weg.
- De vlieger
- Applausmeter ( idee)
- Kralenketting
2. Methoden : Speelplaats
- De vlieger
- Applausmeter ( idee)
- Kralenketting
2. Methoden : Speelplaats